AudiotourDe Laakhaven
2 Tourstops
- Audiotour overzicht
-
Audiotour overzicht
De vroegste bedrijvigheid in het dorp Die Haghe bevond zich oorspronkelijk in het Spuikwartier. Met de aanleg in 1345 van de Trekvliet en het Spui kwam de verbinding van het dorp met het achterland tot stand. In de 16de eeuw ontstond een echte binnenhaven. In de 19de eeuw ontwikkelde zich in dit gebied de eerste industrie. Daarnaast ontstonden veel kleine ambachtelijke bedrijven.
Eind 19de eeuw vormde de kwaliteit van het grachtenwater een bron van zorg. De gemeente besloot om de grachten te dempen. Voor de industrie en handel, die voor de aan- en afvoer geheel van het water afhankelijk waren, leverde dit uiteraard problemen op. Na veel discussie besloot de gemeenteraad een kanaal om de stad aan te leggen met laad- en loskaden met ruimte voor fabrieken en pakhuizen. De in 1890 aangestelde directeur Gemeentewerken, I.A. Lindo, nam het initiatief om de eerste industriehaven van de stad en ook van Nederland te ontwerpen. De basis was daarmee gelegd voor de Laakhaven. Rond 1900 startte het graven van de haven vanaf de Trekvliet en eindigde eind jaren 20 bij de Petroleumhaven.
Binnen korte tijd vestigden zich allerhande bedrijven langs de kades. Enkele fabrieken, zoals Felix, Rademaker en Van Heijst, groeiden uit tot landelijk en internationaal bekende bedrijven. De oorlogsperiode betekende ook voor de industrie een slechte en duistere tijd. Het herstel na 1945 verliep aarzelend. Vanaf eind jaren 50 verloor de Laakhaven een groot deel van zijn bedrijvigheid. Sommige grote fabriekshallen werden omgebouwd tot kantoren.
De leegstand trok veel auto-gerelateerde bedrijven aan. In de jaren 70 en 80 kwam daar de uitplaatsing van bedrijven uit de stadsvernieuwingsgebieden nog bij. Het gebied kreeg naast grootschalige detailhandel, zoals meubelwinkels en de bekende supermarkt van de Konmar allerhande minder aantrekkelijke bedrijvigheid. Daarmee leek het industriegebied geen lang leven meer beschoren. Toen eind jaren 80 de erfpachtcontracten afliepen ging de gemeente over tot het ‘revitaliseren’ van de Laakhaven, waarbij het onderwijs een belangrijke nieuwe sector werd. Tijdens deze langdurige ontwikkeling werden veel interessante historische industriële bedrijfspanden gesloopt.
De industriehaven en de Petroleumhaven zouden worden ingericht voor passende bedrijven met een lage milieubelasting. Juist deze laatste opgave leverde bij de uitvoering grote problemen op. Dit gedeelte is nog steeds in ontwikkeling.
Opvallend gegeven in de recente periode is dat er diverse woningprojecten, voor een groot deel studentenwoningen, zijn gerealiseerd, met name langs de Waldorpstraat. Hiermee is ook het laatste deel van de Laakhaven aan een gestage opmars bezig. Daarbij worden een paar parels van het industrieel erfgoed hergebruikt: Maakhaven, de RAC hallen en de kranen langs de kades.
- 1 Laakhavenkantoor
- 2 Beurtvaartbedrijven
- 3 Laakbrug
- 4 Beurtvaarthaven
- 5 Consumentenbond
- 6 Waldorpstraat
- 7 Stationspostkantoor
- 8 Station Hollands Spoor
- 9 Haagse Hogeschool HHS - van Heijst
- 10 Kunstwerk – Park in het water, Vito Acconci
- 11 Botenhuis roeivereniging Pelargos
- 12 Leeghwaterplein
-
Audiotour overzicht
De vroegste bedrijvigheid in het dorp Die Haghe bevond zich oorspronkelijk in het Spuikwartier. Met de aanleg in 1345 van de Trekvliet en het Spui kwam de verbinding van het dorp met het achterland tot stand. In de 16de eeuw ontstond een echte binnenhaven. In de 19de eeuw ontwikkelde zich in dit gebied de eerste industrie. Daarnaast ontstonden veel kleine ambachtelijke bedrijven.
Eind 19de eeuw vormde de kwaliteit van het grachtenwater een bron van zorg. De gemeente besloot om de grachten te dempen. Voor de industrie en handel, die voor de aan- en afvoer geheel van het water afhankelijk waren, leverde dit uiteraard problemen op. Na veel discussie besloot de gemeenteraad een kanaal om de stad aan te leggen met laad- en loskaden met ruimte voor fabrieken en pakhuizen. De in 1890 aangestelde directeur Gemeentewerken, I.A. Lindo, nam het initiatief om de eerste industriehaven van de stad en ook van Nederland te ontwerpen. De basis was daarmee gelegd voor de Laakhaven. Rond 1900 startte het graven van de haven vanaf de Trekvliet en eindigde eind jaren 20 bij de Petroleumhaven.
Binnen korte tijd vestigden zich allerhande bedrijven langs de kades. Enkele fabrieken, zoals Felix, Rademaker en Van Heijst, groeiden uit tot landelijk en internationaal bekende bedrijven. De oorlogsperiode betekende ook voor de industrie een slechte en duistere tijd. Het herstel na 1945 verliep aarzelend. Vanaf eind jaren 50 verloor de Laakhaven een groot deel van zijn bedrijvigheid. Sommige grote fabriekshallen werden omgebouwd tot kantoren.
De leegstand trok veel auto-gerelateerde bedrijven aan. In de jaren 70 en 80 kwam daar de uitplaatsing van bedrijven uit de stadsvernieuwingsgebieden nog bij. Het gebied kreeg naast grootschalige detailhandel, zoals meubelwinkels en de bekende supermarkt van de Konmar allerhande minder aantrekkelijke bedrijvigheid. Daarmee leek het industriegebied geen lang leven meer beschoren. Toen eind jaren 80 de erfpachtcontracten afliepen ging de gemeente over tot het ‘revitaliseren’ van de Laakhaven, waarbij het onderwijs een belangrijke nieuwe sector werd. Tijdens deze langdurige ontwikkeling werden veel interessante historische industriële bedrijfspanden gesloopt.
De industriehaven en de Petroleumhaven zouden worden ingericht voor passende bedrijven met een lage milieubelasting. Juist deze laatste opgave leverde bij de uitvoering grote problemen op. Dit gedeelte is nog steeds in ontwikkeling.
Opvallend gegeven in de recente periode is dat er diverse woningprojecten, voor een groot deel studentenwoningen, zijn gerealiseerd, met name langs de Waldorpstraat. Hiermee is ook het laatste deel van de Laakhaven aan een gestage opmars bezig. Daarbij worden een paar parels van het industrieel erfgoed hergebruikt: Maakhaven, de RAC hallen en de kranen langs de kades.
Beoordelingen
Nog geen beoordelingen
Schrijf de eerste beoordeling